Afval vervoeren over het water. Het Limburgse transport- en afvalinzamel- en havenbedrijf L’Ortye, waste-to-product bedrijf Renewi en partners laten met een pilot zien dat dit prima kan. De komende jaren blijft het Limburgse afval waarschijnlijk nog via de weg gaan. Maar op enig moment moeten de gemeenten overstag, denken betrokken partijen. Ze denken dat er steeds meer goederenvervoer naar het water gaat. ‘Multimodaal vervoer is geen keuze, maar noodzaak.’
Al jaren wordt in Limburg gepraat over afvalvervoer over het water. Toch gaat het Limburgse huisvuil, zo’n 150 miljoen kilo, nog altijd over de weg naar de verbrandingsoven in Drenthe: 300 kilometer heen én terug en dat 6000 keer per jaar.
Zonde vinden, Ivo Schepers en Miranda Volker. Ze zijn beiden programmamanagers bij ‘Joint Corridors Off-Road’, het programma van de Topsector Logistiek, om verbindingen via het spoor of het water op te zetten in plaats van de weg. Schepers werkt daarnaast bij LIOF, de Limburgse ontwikkelingsmaatschappij. Terwijl Volker zelfstandig logistiek adviseur intermodaal vervoer is.
Beiden zijn al jarenlang pleitbezorger van vervoer over het water. ‘Modal shift is een mind shift’, zegt Schepers. ‘Als je kunt vervoeren over water, moet je dat doen. Economisch gezien is de binnenvaart vaak goedkoper dan de weg. Mensen weten dat niet.’
Grootste modal shift
Met vervoer over water los je veel problemen op. ‘Zoals files en het chauffeurstekort. Je hebt minder last van wegwerkzaamheden, hoge brandstofkosten en minder slijtage aan wegen’, somt Schepers op. ‘Ook past in een schip vele malen meer dan in een vrachtwagen.’
‘Met multimodaal vervoer bereik je een significante vermindering van CO2’, voegt Miranda Volker toe. ‘Daarmee lever je als transportsector een grote bijdrage aan de klimaatdoelstellingen.’
Schepers noemt de pilot met vervoer van suikerbieten over water, die zo succesvol was dat het nu structureel gebeurt. ‘Het afgelopen bietenseizoen heeft L’Ortye 330.000 ton Limburgse suikerbieten in het schip geladen met eindbestemming Dinteloord. Er voeren tien schepen heen en weer. Daarmee werden 13.330 vrachtwagenritten uitgespaard.’
‘In het begin waren transporteurs enigszins huiverig maar inmiddels is men erg enthousiast en verloopt de samenwerking erg goed’, vertelt Jean L’Ortye, van familiebedrijf L’Ortye dat de pilot opzette in samenwerking met waste-to-product bedrijf Renewi en andere partners. Voor korte ritten heb je nog altijd vrachtvervoer nodig en je kunt vrachtwagens en chauffeurs efficiënter inzetten. Het bietenvervoer over het water is de grootste modal shift van de afgelopen tien jaar.’
De succesvolle proef met de suikerbieten bracht Jean L’Ortye op het idee om ook een proef te doen met afvalvervoer over water. ‘We hebben de afgelopen jaren veel overleg gehad met de provincie Limburg, gemeentelijke reinigingsdiensten, afvalverwerkers en transporteurs over afvalvervoer over het water’, vertelt hij. ‘Elke keer werd er gezegd ‘goed idee’, maar gebeurde er niets.’
Daarom besloot het bedrijf dat aan bulkgoederenvervoer doet, afvalinzamelaar en -verwerker is en een havendivisie heeft, om zelf een proef op te zetten met waste-to-product bedrijf Renewi en andere partners. ‘We wilden ook een punt maken omdat we wisten dat er een nieuwe huisafval-aanbestedingsronde aankwam. Dus hebben we afgelopen oktober een schip vol gebaald afval naar de vuilverbranding in Rotterdam-Rozenburg laten varen. Dat liep perfect.’
Hoewel de pilot succesvol was, wordt in de Limburgse huisafval-aanbestedingsprocedure voor het huisvuil niet gesproken over afvalvervoer via het water. In de tekst staat alleen dat de afvalverwerking met de minste CO2-uitstoot een beperkt voordeel krijgt. Daardoor schreven verwerkingsbedrijven alleen maar in met regulier wegtransport met dieselvoertuigen. En dat is een gemiste kans.
De goedkoopste oplossing
‘Ik vind dat de overheid het voortouw moet nemen bij aanbestedingen en een duidelijke voorkeur moet uitspreken voor een type vervoer’, zegt L’Ortye. ‘Ook elektrische vrachtwagens zorgen voor fijnstof en filevorming. Intermodaal verkeer wordt in aanbestedingen te weinig gewaardeerd. Ik vind het jammer als ondernemer en Limburger dat ze deze kans hebben laten liggen.’
Miranda Volker sluit zich daarbij aan. ‘Uit onderzoek blijkt dat afvalvervoer per water niet lukt door de manier van aanbesteden’, zegt zij. ‘De afvalmarkt is een gefragmenteerde markt waarbij elke gemeente voor zichzelf kan bepalen hoe hij zijn afval afvoert. Gemeenten hebben niet zo’n goed idee van wat er allemaal bij komt kijken. Ze kijken gewoon ‘welke afvalverwerker biedt mij de laagste prijs’.’
Ook Ivo Schepers deelt deze mening. ‘In januari 2023 heeft het ministerie een subsidiepot in het leven geroepen van 49,5 miljoen euro voor vervoerders en verladers die willen overstappen naar multimodaal vervoer. Geef een deel aan gemeenten, zodat zij naast een lage prijs ook naar duurzaamheid kijken.’
Subsidie van IenW
Eén lichtpunt: waar het Limburgse afval de komende paar jaar over de weg dreigt te blijven gaan, zien Schepers en andere deskundigen dat op andere gebieden langzaam meer multimodaal vervoer komt. Mede dankzij de subsidie van IenW en eerdere stimuleringsprogramma’s.
Vanuit het LIOF begeleidt Schepers bedrijven die aanspraak willen maken op de subsidie van IenW. ‘Er is tot nu toe subsidie toegekend voor 32.000 trailers die dus in Limburg van de weg naar het water gaan. Hopelijk worden dat er steeds meer.’ Daarnaast kunnen bedrijven via het project ‘Joint Corridor Off Road’ gebruikmaken van een aanbestedingsregeling om lijndiensten op te zetten, vertelt Schepers. Een succesvol voorbeeld is de samenwerking tussen Smurfit Kappa en Perfetti van Melle. ‘De een had veel exportlading en de ander importlading vanuit Roermond. Ik heb ze bij elkaar aan tafel gebracht met rederij Samskip. Zo is een nieuwe corridor ontstaan van Roermond naar Rotterdam.’
Dat de weg naar het water er een van weerstand is, komt volgens Schepers door misverstanden. ‘Als je wil overstappen van weg naar water vergt dat geen grote investering. Vooral een andere manier van plannen en indelen van je werkprocessen. Als het loopt, dan loopt het.’
Nederland is niet voor niets een van de grootste binnenvaartlanden, stelt hij. ‘Limburg heeft alleen al 9 binnenhavens met bestaansrecht waar al decennialang veel bulkgoederen en containers worden aan- en afgevoerd.’ Daarnaast groeien de goederenstromen de komende jaren flink. Alleen al vanaf de havens in Hamburg en Rotterdam wordt een enorme groei van het aantal containers verwacht. ‘Alleen Rotterdam gaat al 8 miljoen extra teu verwerken. Daardoor komt een enorme druk op het achterland om die containers naar de binnenlandterminals te vervoeren. Kortom, het wordt noodzakelijk om dit ook over water te doen.’
Maar niet alleen bedrijven moeten willen overstappen naar vervoer over water. Er is ook een passende infrastructuur nodig. Zo moeten havens worden uitgebreid met kades waar goederen makkelijk overgeslagen kunnen worden van de weg naar het water.
Ton Neumann, senior beleidsmedewerker provincie Limburg en coördinator van het team logistiek wijst daarbij op een Europees subsidieprogramma, ‘Connecting Europa Facility’ waarin modal shift centraal staat. Een voorbeeld van een project via deze subsidie is de uitbreiding van een barge-terminal in Venlo. ‘In dat project is meteen meegenomen dat alle voertuigen die goederen verslepen elektrisch zijn.’
Neumann spreekt van een succesvolle formule. ‘Het vervoer over het water is bij ons al gauw grensoverschrijdend en daarmee interessant voor Brussel.’ Deskundige Schepers beaamt dit: ‘Wij verkennen ook samenwerkingsmogelijkheden met België en Duitsland. Eigenlijk vorm je samen een grote, economische regio.’
Maar ook voor de provincie Limburg zelf is multimodaal vervoer om meerdere redenen interessant, stelt Neumann. ‘De A2 wordt de komende jaren verbreed. Op ons smalste stukje van Nederland is het lastig om omleidingen te maken. We proberen zoveel mogelijk auto’s en vrachtwagens van de weg te halen. Daar helpt elke multimodaal-vervoerproject aan mee.’
Hij komt terug op afvalvervoer over het water. Neumann sluit niet uit dat de Limburgse gemeenten er over een paar jaar wel voor kiezen. ‘In termen van circulaire economie is het waanzin dat je met elke vuilniszak 300 kilometer rijdt om die in een verbrandingsoven te stoppen.’