Een verbetering van het elektriciteitsnet, een regionaal netwerk voor waterstof en goede (rest)warmtenetwerken. Daarmee willen de industriële partijen in het Noordzeekanaalgebied (NZKG) ervoor zorgen dat de CO₂-uitstoot in 2030 gehalveerd is en in 2050 vrijwel verdwenen.
Om dit doel te bereiken heeft het Bestuursplatform Energietransitie NZKG op 15 september 2021 de Cluster Energie Strategie (CES 1.0) aangeboden bij het ministerie van Economische Zaken.
Het elektriciteitsnet, het waterstofnet en (rest)warmtenetwerken zijn door het Bestuursplatform Zeeschip op het Noordzeekanaal Energietransitie NZKG aangemerkt als projecten van nationaal belang. Projecten van nationaal belang worden met voorrang opgepakt en gefaciliteerd door het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Het afvangen van CO₂ wordt ook in de CES 1.0 genoemd, maar zal door de gewijzigde koers van Tata in omvang verminderen.
Het aanpakken en verduurzamen van het energiesysteem betekent ook een verbetering van de luchtkwaliteit en heeft een positief effect op gezondheid en leefbaarheid in het hele Noordzeekanaalgebied. Een laatste manier om de CO₂-uitstoot te verlagen is het uit bedrijf nemen van anders inzetten van gascentrales.
Belangrijke stap
Edward Stigter, voorzitter Bestuursplatform Energietransitie NZKG: “De Cluster Energie Strategie is een belangrijke stap, maar het houdt hier niet op. De concretisering en uitvoering van de ambitie en de projecten pakken we samen op. Niet alleen met de partners vanuit het Bestuursplatform Energietransitie NZKG, maar ook met inwoners, bedrijven, natuurorganisaties en vele andere betrokkenen.”
Ambitie
Om de ambitieuze doelstelling te bereiken, zijn stevige infrastructurele aanpassingen nodig. Tussen de IJmond en Amsterdam moet een regionale waterstofleiding komen, in zowel Amsterdam als Zaandam is een lage druk waterstofnet nodig. Ook moet het elektriciteitsnet meer stroom kunnen verwerken en is een (rest)warmtenet in de IJmond gewenst. Nu de CES 1.0 is aangeboden aan het ministerie wordt onderzocht wat nodig is om de gewenste veranderingen door te voeren en hoe beste samen kan worden gewerkt tussen industrie en overheid.
De huidige CO₂-uitstoot van de industrie en energieproductie in het NZKG is 18,3 Mton. De samenwerkende partijen willen de CO₂-emissie in 2030 bijna halveren. In 2050 moet het gebied dan (vrijwel) geen CO₂ meer uitstoten. De energietransitie heeft grote gevolgen. Zo zal de vraag naar elektriciteit enorm toenemen. Dat betekent met 3 tot 4 keer zoveel stroom in 2030 en zelfs tot 7 keer in 2050. Ook de vraag naar waterstof neemt vermoedelijk sterk toe.
Noordzeekanaalgebied
Het Noordzeekanaalgebied (NZKG) beslaat het gebied van IJmuiden tot en met de haven van Amsterdam. Het gebied wordt gekenmerkt door de aanwezige maakindustrie en havens. Staalproducent Tata Steel in IJmuiden is de grootste speler.
De haven van Amsterdam is een logistieke hub voor internationale en nationale handelsstromen en tegelijkertijd is ook de lokale stadsdistributie belangrijk. Het is de vierde haven van West-Europa en ontwikkelt zicht tot een toonaangevende Europese zeehaven die vooroploopt in de transitie naar een duurzame samenleving. De haven richt zich op groei van bio- en synthetische brandstoffen, waterstofactiviteiten, circulaire en maakindustrie. Het Bestuursplatform Noordzeekanaalgebied is opgericht om als industrie, overheden en netbeheerders samen de grote uitdagingen op te pakken.
Webinar
Industrie, bedrijven, overheden en andere direct betrokkenen in het NZKG lichten in een webinar op 3 november de ambities en projecten in de CES toe. Hier komt aan bod hoe vraag en aanbod van energie zich ontwikkelen en welke infrastructuurprojecten tot 2030 gerealiseerd zouden moeten worden. Ook wordt ingegaan op de mogelijke zoekgebieden naar ruimte voor deze transitie en de stappen die nodig zijn voor een vergunning kan worden verleend. Ten slotte wordt toegelicht hoe bewoners, bedrijven en andere belanghebbenden invloed kunnen uitoefenen op de beslissing.
Op www.noordzeekanaalgebied.nl wordt ook de link naar het webinar van 3 november gepubliceerd.