Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Ut elit tellus, luctus nec ullamcorper mattis, pulvinar dapibus leo.
Een blog over FME Regio Zuid is een kennismaking, maar tegelijkertijd ook mijn afscheid. Deze maand ga ik met pensioen als directeur van Royal Kaak Dough Technology en draag ik de voorzittershamer van het FME-regiobestuur in Zuid over. Terugblikkend moet ik denken aan een citaat dat ik onlangs tegenkwam: ‘Als je achterom kijkt, zie je vooruitgang’. Mensen hebben vaak de neiging om vooruit te kijken en niks te zien. Maar in de eeuwen die achter ons liggen, is er altijd vooruitgang geweest. Dat is waar Nederland goed in is, niet in de laatste plaats dankzij onze prachtige maakindustrie.
Blog door voorzitter FME Regio Zuid Erik van Opstal (directeur van Royal Kaak Dough Technology)
Spreekbuis regio Zuid
Mijn ervaringen met FME gaan lang terug, al voordat ik bij Royal Kaak Dough Technology werkte. Ik ben nu bijna vijf jaar regiovoorzitter van FME Zuid. FME Zuid richt zich met name op de middelgrote en kleine industrie (mki) in deze regio. Het regiobestuur is een spreekbuis voor mki-bedrijven die als toeleveranciers een sterke verwevenheid hebben met de grotere bedrijven in Brabant en Limburg. Al die bedrijven bij elkaar vormen een krachtige maakindustrie. Om die te behouden, liggen er wel uitdagingen op ons bord. Het tekort aan gekwalificeerd technisch personeel is al jaren een punt van zorg. Landelijk, maar ook in de regio. FME pakt dit als belangenbehartiger voor de technologische industrie heel goed op. Met de lobby richting Den Haag, maar ook in het stimuleren van samenwerking met het onderwijs. FME Zuid zet die lijn verder uit, regionaal en lokaal. FME drukt haar leden altijd op het hart om de contacten met scholen warm te houden. Ook in economisch mindere tijden. Als je dan je deuren sluit voor stageplaatsen, krijg je het in betere tijden als een boemerang terug.
Trots
De bedrijven in de regio zijn fantastische werkgevers. Ik stoor me eraan als ik in de krant weer een foto zie van een ijzerwerker die met een zware hamer op een stuk roest staat te timmeren. Dat sluit totaal niet aan bij wat je op de werkvloer ziet. Er zit ontzettend veel innovatieve maakindustrie in de regio: bedrijven als VDL en ASML, maar ook veel mki-bedrijven die als toeleverancier sterk verbonden zijn met de grotere bedrijven. Producten die hier bedacht en gemaakt worden, gaan de hele wereld over. Daar zit vakmanschap en trots in. Den Haag zou daar meer oog voor moeten hebben en dat begint bij het onderwijs. Er wordt veel gepraat over onderwijsvernieuwing, maar het wordt weinig concreet. En het is echt niet zo moeilijk hoor: gewoon doorpakken.
Hand in eigen boezem
Misschien moeten FME de hand ook een beetje in eigen boezem steken. Er zitten maar heel weinig mensen in de politiek die begrijpen hoe het er in de industrie aan toe gaat. Niemand van ons gaat in de Tweede Kamer zitten. Ik ook niet, ik heb gewoon altijd dingen willen maken.
“Investeren in het behoud van je medewerkers is veel efficiënter.”
Mijn overtuiging is dat het tekort aan technisch personeel ontstaan is nadat de lts werd afgeschaft. Een prima opleiding voor jonge mensen die met hun handen willen werken. Jongeren die een vak willen leren en aan wie al die studieboeken niet besteed zijn. De universiteit is wat mij betreft geen heilige graal, de branche heeft vakmensen nodig. Dat verteld FME ook aan ouders als ze met hun kind in de bedrijven komen kijken. Met je handen werken, heeft nog te veel een negatieve associatie. Terwijl iedereen wel snapt hoe vervelend het is als je geen loodgieter kunt vinden.
Blijf innoveren!
Bij het naderende afscheid als voorzitter van FME Regio Zuid neem ik de vrijheid om een boodschap mee te geven: blijf innoveren! Zorg ervoor dat je producten en productiemethodes onderscheidend zijn van je concurrent. Innovatie is de kurk waarop de maakindustrie drijft. We zijn daar als klein landje ongelooflijk goed in. Mede dankzij – kom ik er toch nog een keer op terug – de vakmensen in de sector.
“Er wordt veel gepraat over onderwijsvernieuwing, maar het wordt weinig concreet.”
Er wordt veel tijd en geld besteed aan werving, maar ik zeg altijd dat investeren in het behoud van je medewerkers veel efficiënter is. Wees goed voor je mensen en bied ruimte voor ontwikkeling en ontplooiing. Dan ben je samen in staat om vooruit te kijken en wél iets te zien: vooruitgang. Als we daar met z’n allen aan werken, kunnen we gebruikmaken van de sterke kanten van Nederland én de bedrijven uit de regio. Met de maakindustrie kunnen wij de toekomst aan.
