SCSN

Duidelijkheid en voortgang Sterk Techniek Onderwijs noodzakelijk

In een brief aan de minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs Dennis Wiersma, dringt de Industriecoalitie, bestaande uit Koninklijke Metaalunie, Bouwend Nederland, FME, Techniek Nederland en WENB, erop aan zo snel mogelijk duidelijkheid te verschaffen over de wijze van voortgang van Sterk Techniek Onderwijs (STO) in de komende jaren. Sinds 2018 wordt er, mede op aandringen van de technische branches, voor STO ongeveer 100 miljoen euro extra per jaar geïnvesteerd in techniekonderwijs op het vmbo.

STO laat positieve resultaten zien. Zo is afgelopen jaar het aantal leerlingen in de technische richtingen van het vmbo met 10,4% gestegen. Bij meisjes was het zelfs een stijging van 21%. Daarnaast hebben door STO de bedrijfstakscholen en de technische bedrijven in de regio toegevoegde waarde geleverd voor het vmbo door gastlessen, voorlichting en technieklessen in praktijkcentra en bedrijfsbezoeken te verzorgen.

 

Grote zorgen

De Industriecoalitie maakt zich echter grote zorgen over de huidige impasse met betrekking tot de toekomst voor STO. Het blijft onduidelijk hoe de toegezegde structurele financiering van STO gerealiseerd wordt, dus hoe de 100 miljoen euro per jaar verdeeld gaat worden. Informatieverstrekking daarover wordt steeds uitgesteld. De onrust bij de scholen in de STO-regio’s neemt met de dag toe. Dat leidt nu al tot nadelige gevolgen met zelfs onomkeerbare effecten, zoals opgezegde contracten van tijdelijk onderwijspersoneel, demotivatie bij betrokkenen, investeringen on hold en een afwachtende houding in de regio’s en bij de bedrijven.

 

Zo snel mogelijk duidelijkheid

De minister wordt daarom opgeroepen om zo snel mogelijk duidelijkheid te verschaffen, aan met name de onderwijsinstellingen, over de wijze van voortgang – inhoudelijk en financieel voor 2024 en voor de periode van 2025 tot 2030. Dit is van belang om het succesvolle STO voort te zetten. Daarnaast wil de Industriecoalitie ook uitbreiding van STO in de periode vanaf 2025 naar meer doelgroepen, zoals het primair onderwijs en havisten. Dit vanuit de gezamenlijke doelstelling met het ministerie van Onderwijs om nog meer (toekomstig) technisch potentieel talent te bereiken.

Essentieel is om de instroom naar technische opleidingen – en daarmee de krapte op de arbeidsmarkt aan te pakken – te vergroten. Aan het bedrijfsleven ligt het volgens de Industriecoalitie niet: in de brief wordt wederom 10% cofinanciering toegezegd.